Wachttijden

Let op: Er zijn twee verschillende soorten wachttijden. De Aanmeldwachttijd is het aantal weken tussen het maken van de eerste afspraak en de datum van deze afspraak (de intake). De Behandelwachttijd is het aantal weken tussen de datum van de intake en de start van de behandeling.

Basis ggz
Aanmeldwachttijd
Behandelwachttijd
Deze zorgaanbieder heeft nu een patiëntenstop voor basis ggz (Menzis, Zilveren Kruis). Neem contact op met je zorgverzekeraar voor wachtlijstbemiddeling.
Alle aandoeningen
16 weken
8 weken
Gespecialiseerde ggz
Aanmeldwachttijd
Behandelwachttijd
Deze zorgaanbieder heeft nu een patiëntenstop voor gespecialiseerde ggz (Menzis, Zilveren Kruis). Neem contact op met je zorgverzekeraar voor wachtlijstbemiddeling.
Andere problemen die een reden voor zorg kunnen zijn
6 weken
4 weken

Onder Andere problemen die een reden voor zorg kunnen zijn vallen onder andere de onderstaande aandoeningen. Neem altijd contact op met de aanbieder om te controleren of de aandoening ook daadwerkelijk behandeld wordt.

  • Andere problemen die een reden voor zorg kunnen zijn
Angststoornissen
6 weken
4 weken

Onder Angststoornissen vallen onder andere de onderstaande aandoeningen. Neem altijd contact op met de aanbieder om te controleren of de aandoening ook daadwerkelijk behandeld wordt.

  • Angststoornissen
Depressieve stemmingsstoornissen
6 weken
4 weken

Onder Depressieve stemmingsstoornissen vallen onder andere de onderstaande aandoeningen. Neem altijd contact op met de aanbieder om te controleren of de aandoening ook daadwerkelijk behandeld wordt.

  • Depressieve stemmingsstoornissen
Diagnose onbekend
6 weken
4 weken

Onder Diagnose onbekend vallen onder andere de onderstaande aandoeningen. Neem altijd contact op met de aanbieder om te controleren of de aandoening ook daadwerkelijk behandeld wordt.

  • Diagnose onbekend
Neurobiologische ontwikkelingsstoornissen
6 weken
4 weken

Onder Neurobiologische ontwikkelingsstoornissen vallen onder andere de onderstaande aandoeningen. Neem altijd contact op met de aanbieder om te controleren of de aandoening ook daadwerkelijk behandeld wordt.

  • Neurobiologische ontwikkelingsstoornissen
Obsessieve-compulsieve en verwante stoornissen
6 weken
4 weken

Onder Obsessieve-compulsieve en verwante stoornissen vallen onder andere de onderstaande aandoeningen. Neem altijd contact op met de aanbieder om te controleren of de aandoening ook daadwerkelijk behandeld wordt.

  • Obsessieve-compulsieve en verwante stoornissen
Persoonlijkheidsstoornissen
6 weken
4 weken

Onder Persoonlijkheidsstoornissen vallen onder andere de onderstaande aandoeningen. Neem altijd contact op met de aanbieder om te controleren of de aandoening ook daadwerkelijk behandeld wordt.

  • Persoonlijkheidsstoornissen
Restgroep
6 weken
4 weken

Onder Restgroep vallen onder andere de onderstaande aandoeningen. Neem altijd contact op met de aanbieder om te controleren of de aandoening ook daadwerkelijk behandeld wordt.

  • Restgroep
Trauma en stressorgerelateerde stoornissen
6 weken
4 weken

Onder Trauma en stressorgerelateerde stoornissen vallen onder andere de onderstaande aandoeningen. Neem altijd contact op met de aanbieder om te controleren of de aandoening ook daadwerkelijk behandeld wordt.

  • Trauma en stressorgerelateerde stoornissen

Cliëntervaringen

De zorgaanbieder heeft deze gegevens niet aangeleverd.

De gang van zaken in de instelling (Kwaliteitsstatuut)

Alle zorgaanbieders in de ggz hebben een ‘kwaliteitsstatuut’. In het kwaliteitsstatuut beschrijft een aanbieder onder meer met welke klachten je terecht kunt en hoe het zorgtraject is geregeld. Je kunt het hele kwaliteitsstatuut vinden op de website van de aanbieder, of er naar vragen als je er bent. Hieronder kun je lezen hoe een aantal zaken bij de aanbieder is geregeld.

Zorgaanbod

Wat is de algemene werkwijze in de praktijk?

De afdeling D&B van Prodeba biedt diagnostiek en behandeling voor kinderen, jeugdigen en jongvolwassenen tot en met 23 jaar (met uitloop tot 30 jaar voor cliënten in zorg). Prodeba richt zich op evidence based behandelingen, conform richtlijnen (onder andere de GGZ-standaarden, NICE-guidelines en andere professionele standaarden), waarbij verslavingsproblematiek, psychotische stoornissen, primaire eetstoornissen en acute suïcidaliteit exclusiecriteria zijn. Indien tijdens het zorgtraject blijkt dat een collega instelling meer passende zorg kan bieden, dan wordt, na afstemming met de cliënt, gezorgd voor een warme overdracht en verwijzing.De afdeling D&B kent een cliëntgerichte aanpak en richt zich op verklarende (hypothese gerichte) diagnostiek voor de klachten van de cliënt. Hierbij wordt onderzocht wat de instandhoudende en onderliggende factoren van de genoemde klachten zijn. Indien de aanmelding de vraag om behandeling betreft wordt onderzocht welke behandeling het meest passend is. Zowel de vraag om behandeling als diagnostiek worden ingericht afgestemd op de vragen en wensen van de cliënt. Waarbij de informatie door de professional wordt aangeboden en middels de modellen ‘shared decision making’ en ‘informed consent’ een keuze wordt gemaakt. De cliënt wordt geïnformeerd over de voor- en nadelen van de behandeling en de diagnostiek.Kinderen, jeugdigen en jongvolwassenen worden gezien met klachten en een vermoeden van psychiatrische problematiek. Vanuit een systemisch kader wordt aandacht besteed aan instandhoudende factoren, waarbij het doel is om de vaardigheden van cliënt uit te breiden om klachten te verminderen of beter te navigeren in het leven met klachten. Tevens wordt bij aanmelding onderzocht op welke wijze ondersteuning door het netwerk kan worden ingezet/gevraagd. Indien passend worden tijdens de behandeling methodieken ingezet als e-health. De afdeling D&B van Prodeba biedt diagnostiek en behandeling voor kinderen, jeugdigen en jongvolwassenen tot en met 23 jaar (met uitloop tot 30 jaar voor cliënten in zorg). Prodeba richt zich op evidence based behandelingen, conform richtlijnen (onder andere de GGZ-standaarden, NICE-guidelines en andere professionele standaarden), waarbij verslavingsproblematiek, psychotische stoornissen, primaire eetstoornissen en acute suïcidaliteit exclusiecriteria zijn. Indien tijdens het zorgtraject blijkt dat een collega instelling meer passende zorg kan bieden, dan wordt, na afstemming met de cliënt, gezorgd voor een warme overdracht en verwijzing.De afdeling D&B kent een cliëntgerichte aanpak en richt zich op verklarende (hypothese gerichte) diagnostiek voor de klachten van de cliënt. Hierbij wordt onderzocht wat de instandhoudende en onderliggende factoren van de genoemde klachten zijn. Indien de aanmelding de vraag om behandeling betreft wordt onderzocht welke behandeling het meest passend is. Zowel de vraag om behandeling als diagnostiek worden ingericht afgestemd op de vragen en wensen van de cliënt. Waarbij de informatie door de professional wordt aangeboden en middels de modellen ‘shared decision making’ en ‘informed consent’ een keuze wordt gemaakt. De cliënt wordt geïnformeerd over de voor- en nadelen van de behandeling en de diagnostiek.Kinderen, jeugdigen en jongvolwassenen worden gezien met klachten en een vermoeden van psychiatrische problematiek. Vanuit een systemisch kader wordt aandacht besteed aan instandhoudende factoren, waarbij het doel is om de vaardigheden van cliënt uit te breiden om klachten te verminderen of beter te navigeren in het leven met klachten. Tevens wordt bij aanmelding onderzocht op welke wijze ondersteuning door het netwerk kan worden ingezet/gevraagd. Indien passend worden tijdens de behandeling methodieken ingezet als e-health. Bij het afstemmen van de zorg en voor het bewaken van de goede kwaliteit van zorg worden de principes van matched care gehanteerd. Hierbij krijgt de cliënt de behandeling en begeleiding op het niveau dat volgens professionele inzichten effectief wordt geacht bij de problematiek. De kwaliteitsstandaarden zijn hierbij het uitgangspunt.

Met welke klachten kun je terecht?

Onbekend

Kun je terecht voor hoogspecialistische behandelingen (3e lijns ggz)?

Nee, dit soort behandelingen bieden wij niet.

Welke andere speciale behandelingen zijn er?

  • Dubbele diagnose (aanbod specifiek gericht op behandeling van bijvoorbeeld verslaving icm een psychische stoornis of een eetstoornis icm PTSS), namelijk:

Aanmelding en intake

Hoe verloopt de aanmelding?

- Bij aanmelding door de cliënt dan wel verwijzer, zal de aanmeldcoordinator als eerste stap de hulpvraag telefonisch uitvragen. Hierbij wordt beknopt gevraagd naar welke vorm van zorg de cliënt zoekt. Dit is de eerste stap in de matched care. Bij de aanmelding door een cliënt wordt een verwijsbrief van de desbetreffende verwijzer gevraagd.- Aan de hand van de gegevens die de verwijzer heeft verstrekt en een telefonische inventarisatie van de hulpvraag door de aanmeldcoordinator, wordt tijdens het aanmeldoverleg (anoniem) besproken of de hulpvraag voor Prodeba passend is en opgepakt kan worden. Het aanmeldoverleg wordt gevoerd door de (vervangende) manager behandelzaken en de aanmeldcoordinator. Indien Prodeba de hulpvraag niet op kan pakken, adviseert de manager behandelzaken welke zorg meer passend is en welke mogelijke zorginstellingen deze zorg kunnen leveren. - De aanmeldcoördinatie koppelt de conclusie van dit overleg, met het advies terug aan de cliënt en stemt verder af met de verwijzer. - Bij een hulpvraag passend bij het zorgaanbod van Prodeba wordt een dossier GGZ (conform WGBO) aangemaakt en wordt dit doorgestuurd naar de afdeling Diagnostiek en Behandeling. - Vervolgens wordt de cliënt uitgenodigd voor een intake. De zorg bij Prodeba start tijdens het eerste gesprek: de intake. De cliënt heeft zorgdocumenten als een zorgovereenkomst ontvangen en deze worden ingericht en ondertekend voor of tijdens de intake. - Tijdens het intakegesprek vormt de regiebehandelaar zich een beeld van de hulpvraag, klachten en problematiek. Met de cliënt wordt besproken of de hulp van Prodeba passend is bij hulpvraag. Indien tijdens de intake blijkt dat Prodeba niet de meest passende zorg kan bieden, dan wordt dit met de cliënt besproken en zal de regiebehandelaar de cliënt doorverwijzen naar een andere, meer passende plek of terugverwijzen naar de de verwijzer zoals de huisarts. Hierbij zal Prodeba een actieve rol spelen en overbruggingszorg leveren. - Indien de zorg passend is wordt met de cliënt bij afronding van de intake een zorgplan opgesteld, de cliënt wordt geïnformeerd over mogelijkheden en de voor- en nadelen worden besproken, waardoor de cliënt met een informed consent akkoord kan gaan met het aanbod. - Aan de cliënt wordt aangegeven wie de (indicerend/ coördinerend ) regiebehandelaar is en welke taken dit omvat. Gedurende het proces van diagnostiek en behandeling kan een andere collega de rol overnemen indien dit meer passend is. Vanzelfsprekend wordt de cliënt hiervan op de hoogte gebracht. - Voorafgaand aan het intakegesprek zal de cliënt ook gevraagd worden een ROM vragenlijst in te vullen, zodat de cliënt en de regiebehandelaar een goed beeld krijgen van de klachten aan het begin van het zorgtraject. Het gebruik van ROM vragenlijsten biedt behandelaren en cliënten informatie over de effectiviteit van behandeling.- Wanneer de cliënt reeds in zorg (bij andere diensten van Prodeba) is, zal de betrokken zorgverantwoordelijke (vanzelfsprekend alleen met toestemming van de cliënt) ook bij het screenings/intake proces betrokken worden vanuit het integratief aanbod. - Wanneer de cliënt nog niet in zorg is, vindt een intake plaats met de cliënt en de ouders of vertegenwoordigers van het kind tot 16 jaar. Is de cliënt 16 jaar of ouder, dan zal besproken worden of de cliënt het intakegesprek alleen wil voeren of dat ouders/vertegenwoordigers hierbij ook aanwezig (mogen) zijn. - In het intakeproces zal ook besproken worden of de regiebehandelaar contact op mag nemen met andere (eerder) betrokken hulpverleners, school of andere betrokkenen. - Als het een diagnostiek traject betreft, wordt uitgelegd welke onderdelen binnen de diagnostiek uitgevoerd worden en worden hierover afspraken met de cliënt gemaakt. De betreffende onderzoeken staan uitgeschreven in zogenaamde ‘factsheets’ waardoor duidelijk wordt wat het betreffende onderzoek inhoudt. Wanneer het een behandeltraject betreft staat beschreven welke vorm van behandeling geadviseerd wordt en worden afspraken gemaakt over onder andere de frequentie en duur van de behandeling.

Hoe verlopen intake en diagnose?

- De betrokken indicerende regiebehandelaar stelt de classificatie of maakt de beschrijvende diagnose. Dit is tevens (over het algemeen) degene die in afstemming met betrokken behandelaren, maar voornamelijk met cliënt, het behandelplan opstelt.- De cliënt wordt geïnformeerd over de mogelijke behandelvormen, kwalificaties van mogelijke behandelaren en de voor- en nadelen van het behandelplan.- Bij verwijzing naar collega- instellingen, indien daar meer passende zorg wordt aangeboden, vindt dit tevens in overleg plaats. Met name wanneer opschaling van zorg nodig is, kan de regiebehandelaar dringend adviseren aan de cliënt, of de zorg vanuit de kaders van de Wet van verplichte GGZ (WvGGZ) inrichten. - De cliënt kan te allen tijde zijn akkoord op het diagnostiek- of behandelplan intrekken of van mening veranderen. De regiebehandelaar zal hier met cliënt over in gesprek gaan en de vervolgstappen met elkaar in overeenstemming inrichten.

Behandelproces

Hoe wordt het behandelplan opgesteld?

De indicerende regiebehandelaar maakt in samenspraak met de cliënt een behandel- of diagnostiekplan. Dit wordt ingericht conform de werkwijze van informed consent en matched care. De cliënt wordt geïnformeerd rond de voor- en nadelen van het advies omtrent de behandeling, dan wel diagnostiek en de werkwijze wordt meest passend aangesloten bij de mogelijkheden en wensen van de cliënt. Daarin is de indicerende regiebehandelaar verantwoordelijk voor het inrichten van deze gesprekken en van de indicatiestelling. Vervolgens wordt een zorgplan (een zorgplan omvat een diagnostiek- of een behandelplan) opgesteld en ter ondertekening aan de cliënt voorgelegd. Als het een diagnostisch traject betreft staat uitgelegd welke onderdelen binnen de diagnostiek uitgevoerd worden en worden hierover afspraken met de cliënt gemaakt. De betreffende onderzoeken staan uitgeschreven in zogenaamde ‘factsheets’ waardoor duidelijk wordt wat het betreffende onderzoek inhoud. Wanneer het een behandeltraject betreft staat beschreven welke vorm van behandeling geadviseerd is en worden afspraken gemaakt over onder andere de frequentie en duur van de behandeling. Gedurende het gehele traject van Diagnostiek en/of Behandeling vindt, wanneer nodig, afstemming binnen het MDO (Multi Disciplinair Overleg) plaats, waarin de indicerende regiebehandelaar zijn bevindingen in het behandelteam bespreekt. Professionals die onderdeel van dit team kunnen zijn: klinisch psycholoog, psychotherapeut, kinderarts, GZ-psycholoog, Orthopedagoog-Generalist, psycholoog of orthopedagoog en stagiaires (WO). Indien nodig wordt consultatie aangevraagd bij andere specialismen zoals bijvoorbeeld een psychiater, neuroloog, logopediste, fysiotherapeut, medisch specialist of diëtiste.

Hoe wordt de voortgang van de behandeling gevolgd?

- De voortgang van de behandeling wordt regelmatig geëvalueerd: tijdens de wekelijkse MDO's wordt de voortgang van de lopende behandelingen gemonitord, cliënten vullen op vaste momenten een ROM vragenlijst in en de behandelaar bespreekt de voortgang met de cliënt op vaste momenten en legt dit vast in het EPD. Er is een evaluatiecyclus vastgesteld met de minimale hoeveelheid evaluatiemomenten, maar indien nodig kunnen deze evaluaties en besprekingen vaker plaats vinden.- Bij de evaluaties worden de cliënt en de naastbetrokkenen nauw betrokken. De cliënt wordt gevraagd vragenlijsten in te vullen die de evaluatie ondersteunen, tevens wordt in een gesprek met de behandelaar de behandeling geëvalueerd. Prodeba maakt hiervoor gebruik van ROM vragenlijsten. Indien het zorgplan moet worden bijgesteld, gebeurt dit na overleg en toestemming van de cliënt. Indien de zorgen rond de cliënt groot zijn en de cliënt dit niet erkent of herkent is de regiebehandelaar verantwoordelijk voor het opschalen dan wel aanpassen van de zorg. Op het moment dat de behandeling afgerond gaat worden, wordt gesproken over een terugvalpreventieplan. Er komt ter sprake wat de cliënt en eventueel de naasten kunnen doen in geval van terugval na afsluiting van de behandeling. Begeleiding kan een onderdeel zijn van terugvalpreventie. - Bij voldoende resultaat of op verzoek van de cliënt, zal de behandeling worden afgesloten. In enkele gevallen wordt de cliënt bij uitblijvend resultaat verwezen voor een second opinion of een behandeling bij een collega/collega-instelling omdat verwacht wordt dat deze passende expertise kan bieden. In beide gevallen vindt een eindevaluatie plaats waarbij de regiebehandelaar met de cliënt, en eventueel naastbetrokkenen, de resultaten van de behandelingen de mogelijke vervolgstappen bespreekt. Net als voor en tijdens de behandeling wordt de cliënt ook nu gevraagd (ROM) vragenlijsten in te vullen.- Bij het afronden van de behandeling wordt de cliënt gevraagd een cliënttevredenheidsonderzoek in te vullen (CQ index). De resultaten van deze afname worden ingezet bij de evaluatie van de zorg op de afdeling. Tevens wordt de ROM meting ingezet. - Indien vervolgbehandeling bij een andere zorginstelling nodig is, wordt hierover gericht advies gegeven aan de cliënt, familie en/of naastbetrokkenen en de verwijzer. De vervolg behandelaar wordt in kennis gesteld van het verloop van de behandeling bij Prodeba en de behaalde resultaten, indien de cliënt daar toestemming voor geeft. Daarbij wordt de cliënt geïnformeerd over de verdere procedure, toestemming gevraagd rond het informeren van de verwijzer en CQ index afgenomen .- Cliënten worden door informatie in de wachtkamer, op de website en bij intake op de hoogte gebracht van de klachtenregeling. Als de cliënt niet tevreden is over het verloop van de behandeling of klachten heeft, zal allereerst in het contact met de direct betrokken gekeken worden naar het oppakken van deze klacht. Indien dit niet voldoende lukt, zal de manager behandelzaken betrokken worden bij de gesprekken en geëvalueerd worden wat nodig is om het zorgtraject naar meer tevredenheid te laten verlopen. Indien de cliënt onvoldoende vindt dat de oplossing passend is, kan deze gebruik maken van de klachtenregeling (zie klachtenregeling).

Hoe wordt de behandeling geëvalueerd?

Ten minste elke 16 weken vinden voortgangsbesprekingen behandeling met cliënt plaats. Indien nodig kunnen deze evaluaties en besprekingen vaker plaats vinden. De bevindingen worden in het EPD vastgelegd.Het vaststellen van de classificatie, het kiezen voor en daarna uitvoeren van de juiste behandeling en begeleiding vormen een dynamisch proces, waarbij tussentijdse reflecties nodig kunnen zijn. Deels zijn deze momenten vastgelegd in het behandelplan, maar ze kunnen ook door de coördinerend regiebehandelaar worden geïnitieerd. Op basis van tussentijdse bevindingen en monitoring reflecteren de cliënt en de coördinerend regiebehandelaar samen op de behandeling en begeleiding en bespreken zij of met de behandeling en begeleiding de gestelde doelen nog steeds bereikt kunnen worden. Deze reflectiemomenten kunnen leiden tot voortzetting, aanpassing of beëindiging van de behandeling en begeleiding. Als ingrijpende wijzigingen nodig zijn in de uitvoering van het behandelplan, de situatie van de cliënt substantieel wijzigt of de behandeling en begeleiding vastloopt, betrekt de coördinerend regiebehandelaar ook de indicerend regiebehandelaar bij reflectie. Aanpassingen worden door de coördinerend regiebehandelaar opgenomen in het behandelplan, tenzij de aanpassingen zo groot zijn dat er een nieuw behandelplan nodig is. Dit zal dan opgesteld worden door de indicerend regiebehandelaar.

Hoe wordt de tevredenheid van cliënten gemeten?

Voor GGZ behandelingen werkt Prodeba met CQ-index. Bij het einde van elke behandeling meten we met deze vragenlijst hoe de cliënt de behandeling heeft ervaren. Twee keer per jaar worden de resultaten anoniem geanalyseerd met als doel om onze dienstverlening te verbeteren. Zie https://www.prodeba.nl/clientervaringen/.

Na de behandeling

Hoe worden de resultaten en vervolg besproken?

De indicerende regiebehandelaar maakt in samenspraak met de cliënt een behandel- of diagnostiekplan. Dit wordt ingericht conform de werkwijze van informed consent en matched care. De cliënt wordt geïnformeerd rond de voor- en nadelen van het advies omtrent de behandeling, dan wel diagnostiek en de werkwijze wordt meest passend aangesloten bij de mogelijkheden en wensen van de cliënt. Daarin is de indicerende regiebehandelaar verantwoordelijk voor het inrichten van deze gesprekken en van de indicatiestelling. Vervolgens wordt een zorgplan (een zorgplan omvat een diagnostiek- of een behandelplan) opgesteld en ter ondertekening aan de cliënt voorgelegd. Als het een diagnostisch traject betreft staat uitgelegd welke onderdelen binnen de diagnostiek uitgevoerd worden en worden hierover afspraken met de cliënt gemaakt. De betreffende onderzoeken staan uitgeschreven in zogenaamde ‘factsheets’ waardoor duidelijk wordt wat het betreffende onderzoek inhoud. Wanneer het een behandeltraject betreft staat beschreven welke vorm van behandeling geadviseerd is en worden afspraken gemaakt over onder andere de frequentie en duur van de behandeling. Gedurende het gehele traject van Diagnostiek en/of Behandeling vindt, wanneer nodig, afstemming binnen het MDO (Multi Disciplinair Overleg) plaats, waarin de indicerende regiebehandelaar zijn bevindingen in het behandelteam bespreekt. Professionals die onderdeel van dit team kunnen zijn: klinisch psycholoog, psychotherapeut, kinderarts, GZ-psycholoog, Orthopedagoog-Generalist, psycholoog of orthopedagoog en stagiaires (WO). Indien nodig wordt consultatie aangevraagd bij andere specialismen zoals bijvoorbeeld een psychiater, neuroloog, logopediste, fysiotherapeut, medisch specialist of diëtiste.

In geval van terugval of crisis?

- De voortgang van de behandeling wordt regelmatig geëvalueerd: tijdens de wekelijkse MDO's wordt de voortgang van de lopende behandelingen gemonitord, cliënten vullen op vaste momenten een ROM vragenlijst in en de behandelaar bespreekt de voortgang met de cliënt op vaste momenten en legt dit vast in het EPD. Er is een evaluatiecyclus vastgesteld met de minimale hoeveelheid evaluatiemomenten, maar indien nodig kunnen deze evaluaties en besprekingen vaker plaats vinden.- Bij de evaluaties worden de cliënt en de naastbetrokkenen nauw betrokken. De cliënt wordt gevraagd vragenlijsten in te vullen die de evaluatie ondersteunen, tevens wordt in een gesprek met de behandelaar de behandeling geëvalueerd. Prodeba maakt hiervoor gebruik van ROM vragenlijsten. Indien het zorgplan moet worden bijgesteld, gebeurt dit na overleg en toestemming van de cliënt. Indien de zorgen rond de cliënt groot zijn en de cliënt dit niet erkent of herkent is de regiebehandelaar verantwoordelijk voor het opschalen dan wel aanpassen van de zorg. Op het moment dat de behandeling afgerond gaat worden, wordt gesproken over een terugvalpreventieplan. Er komt ter sprake wat de cliënt en eventueel de naasten kunnen doen in geval van terugval na afsluiting van de behandeling. Begeleiding kan een onderdeel zijn van terugvalpreventie. - Bij voldoende resultaat of op verzoek van de cliënt, zal de behandeling worden afgesloten. In enkele gevallen wordt de cliënt bij uitblijvend resultaat verwezen voor een second opinion of een behandeling bij een collega/collega-instelling omdat verwacht wordt dat deze passende expertise kan bieden. In beide gevallen vindt een eindevaluatie plaats waarbij de regiebehandelaar met de cliënt, en eventueel naastbetrokkenen, de resultaten van de behandelingen de mogelijke vervolgstappen bespreekt. Net als voor en tijdens de behandeling wordt de cliënt ook nu gevraagd (ROM) vragenlijsten in te vullen.- Bij het afronden van de behandeling wordt de cliënt gevraagd een cliënttevredenheidsonderzoek in te vullen (CQ index). De resultaten van deze afname worden ingezet bij de evaluatie van de zorg op de afdeling. Tevens wordt de ROM meting ingezet. - Indien vervolgbehandeling bij een andere zorginstelling nodig is, wordt hierover gericht advies gegeven aan de cliënt, familie en/of naastbetrokkenen en de verwijzer. De vervolg behandelaar wordt in kennis gesteld van het verloop van de behandeling bij Prodeba en de behaalde resultaten, indien de cliënt daar toestemming voor geeft. Daarbij wordt de cliënt geïnformeerd over de verdere procedure, toestemming gevraagd rond het informeren van de verwijzer en CQ index afgenomen .- Cliënten worden door informatie in de wachtkamer, op de website en bij intake op de hoogte gebracht van de klachtenregeling. Als de cliënt niet tevreden is over het verloop van de behandeling of klachten heeft, zal allereerst in het contact met de direct betrokken gekeken worden naar het oppakken van deze klacht. Indien dit niet voldoende lukt, zal de manager behandelzaken betrokken worden bij de gesprekken en geëvalueerd worden wat nodig is om het zorgtraject naar meer tevredenheid te laten verlopen. Indien de cliënt onvoldoende vindt dat de oplossing passend is, kan deze gebruik maken van de klachtenregeling (zie klachtenregeling).

Jouw gegevens en privacy

Wordt er toestemming gevraagd om gegevens te delen met professionals die niet bij de behandeling betrokken zijn?

Ja

Vergoedingen

Selecteer een basisverzekering om informatie te zien over vergoedingen bij deze zorgaanbieder.
Selecteer je verzekeraar
Selecteer je basispakket

Behandelaars

Naam
Beroep
Geslacht
H hollands
gz-psycholoog
Vrouw
M wille
gz-psycholoog
Vrouw
M schoenmaekers
gz-psycholoog
Vrouw
JPMJ VAN noort
psychiater
Vrouw
I hoes-van der meulen
klinisch psycholoog
Vrouw
GJ diteweg
gz-psycholoog
Vrouw
MD mostert-uijterwijk
klinisch psycholoog
Vrouw