FORTE GGZ B.V.

Verwijzing en aanmeldingEen beschrijving van het zorgaanbod van Forte GGZ en welke zorg we niet bieden staat vermeld opde website en in Zorgdomein. Het secretariaat is beschikbaar voor verdere vragen over wat ForteGGZ kan bieden en over praktische zaken rondom een verwijzing of aanmelding.Wij vragen om een geldige verwijzing en een aanmelding door de cliënt zelf. Verwijzingen kunnen viaZorgdomein, de website of schriftelijk. Het aanmeldformulier kan op de website ingevuld worden. Bijvragen hierover of problemen hierbij is telefonisch contact met ons secretariaat mogelijk.We ontvangen bij de verwijzing en aanmelding graag zoveel mogelijk relevante informatie overhulpvraag, klachten en problemen, en eerdere hulpverlening. Daarmee kunnen we zo vroeg mogelijkbeoordelen in hoeverre Forte GGZ een passende behandeling kan bieden.De verwijzingen en aanmeldingen worden besproken in het aanmeldteam. Bij vragen wordt contactopgenomen met de verwijzer. Na beoordeling door het aanmeldteam, ontvangen verwijzer en cliënteen terugkoppeling. Indien het zorgaanbod van Forte GGZ passend lijkt bij de hulpvraag, wordt zosnel mogelijk de intake gepland. Het kan zijn dat er een wachtlijst is (gedurende de wachttijd tot intake is de huisarts verantwoordelijk). Indien Forte GGZ geen passend aanbod heeft voor de hulpvraag van de cliënt, verwijst Forte GGZ de cliënt terug naar de verwijzer, zoveel mogelijk met een passend advies.

IntakeDe cliënt ontvangt via het secretariaat van Forte GGZ een uitnodiging voor de intakegesprekken. Deintake bestaat uit twee of soms meer gesprekken. De intakegesprekken worden gevoerd door eenpsycholoog of sociaal psychiatrisch verpleegkundige (SPV) en de indicerend regiebehandelaar.Afhankelijk van de setting is dit een GZ psycholoog (setting A) of een psychotherapeut, klinischpsycholoog, verpleegkundig specialist of psychiater (setting B). De bevindingen uit de intake wordenin multidisciplinair overleg besproken. De indicerend regiebehandelaar is verantwoordelijk voor dediagnostiek en indicatiestelling en werkt samen met de behandelaren die betrokken zijn bij de intakeen diagnostiek/indicatiestelling. Tijdens de intake worden door behandelteam en cliënt samen dehulpvraag en klachten in beeld gebracht. Forte GGZ vindt het belangrijk om tijdens de intakefasespecifiek aandacht te hebben voor het betrekken van naasten.Diagnostiek en indicatiestellingSoms is op basis van de intake voldoende informatie beschikbaar om een probleemformulering eneen diagnostische beschrijving met bijbehorend behandelplan vast te stellen. Soms is nog aanvullend onderzoek nodig. Dat kan gaan om het invullen van vragenlijsten, extra gesprekken, eenpsychiatrisch of psychologisch onderzoek, of een indicatiestelling voor psychotherapie. Aanvullendonderzoek wordt bij voorkeur gedaan door de behandelaren die al betrokken zijn bij de intake. Bijverwijzing naar psychodiagnostisch onderzoek/indicatiestelling psychotherapie wordt de diagnostiek vaak door een andere (gespecialiseerde) behandelaar gedaan. Het voorstel voor aanvullende diagnostiek wordt met de cliënt afgestemd.De bevindingen uit de intake en eventueel aanvullende diagnostiek worden in het adviesgesprekbesproken en op basis daarvan wordt een behandelvoorstel gemaakt. Het is de taak van deindicerend regiebehandelaar om zorg te dragen voor een met de cliënt gedeelde conclusie, die hetvertrekpunt is voor de (beschrijvende) diagnose, en voor het opstellen van een passendbehandelaanbod. De indicerend regiebehandelaar en cliënt stellen daarna samen het behandelplanop. Het is hierbij de taak van de indicerend regiebehandelaar om in deze fase (nogmaals) deafweging te maken of de zorgvraag en de situatie van de cliënt aansluiten bij het beschikbarezorgaanbod van Forte GGZ, en om anders door te verwijzen. Als de indicerend regiebehandelaar encliënt niet tot een gezamenlijk gedragen behandelplan komen, wordt de zorg bij Forte GGZ afgesloten en zal worden terugverwezen naar de huisarts.Tussen adviesgesprek en behandelingIndien cliënt en indicerend regiebehandelaar een gezamenlijk behandelplan hebben opgesteld, wordtde cliënt zo snel mogelijk uitgenodigd voor een eerste afspraak. Het kan zijn dat er een wachtlijst is.Er worden daarom in het behandelplan aanvullende afspraken gemaakt over hoe te handelenmochten de klachten van de cliënt verergeren en wie gedurende de wachttijd de contactpersoon voorde cliënt is. Vaak is dit een van de behandelaren die betrokken waren bij de intake. Ook wordenafspraken gemaakt over hoe te handelen in het geval van spoed of crisis.

In de behandelplanbespreking maken indicerend regiebehandelaar en cliënt (eventueel met naasten)samen het behandelplan. In het behandelplan wordt vastgelegd wat de probleemstelling/diagnose is,wat de doelen zijn waaraan gewerkt gaat worden, hoe de behandeling er precies uit ziet (welkemodules of deelbehandelingen), welke professionals zijn betrokken en wanneer de behandelinggeëvalueerd wordt. Evaluatie van de behandeling wordt gedaan door de cliënt en de coördinerendregiebehandelaar en/of medebehandelaren. In de evaluatie wordt besproken in hoeverre debehandeldoelen zijn behaald of dat bijstelling van het behandelplan nodig is. De voortgang van debehandeling wordt eveneens besproken in het multidisciplinair team. Op de achtergrond blijft deindicerend regiebehandelaar betrokken en wordt geconsulteerd bij onvoldoende effect van debehandeling, bij problemen in de behandeling of bij een verandering van het behandelplan.

Tijdens de behandeling wordt op afgesproken momenten geëvalueerd. Bij de evaluatie is in iedergeval de coördinerend regiebehandelaar aanwezig en bij voorkeur ook de medebehandelaren. Hierinkan in overleg met de cliënt gekozen worden voor een andere samenstelling. Ook naasten van decliënt zijn welkom bij de evaluaties. De evaluatieverslagen worden vastgelegd in het behandelplan enzijn de basis voor de verdere behandelplanning.Regelmatig in het behandeltraject wordt cliënt gevraagd een vragenlijst in te vullen (Routine OutcomeMonitoring - ROM). Er kunnen aanvullend, afhankelijk van de problematiek, ook andere klachtgerichtevragenlijsten worden gebruikt. De resultaten worden tijdens het evaluatiegesprek besproken. Dekeuze om op- of af te schalen in de zorg is een vast onderdeel van de periodieke behandelevaluatie.Wanneer blijkt dat er onvoldoende voortgang is in de behandeling wordt dit besproken met deindicerend regiebehandelaar en kan de behandeling worden bijgesteld, overgedragen of beëindigd.Indien de behandeling wordt bijgesteld, wordt ook het integraal behandelplan door de indicerendregiebehandelaar in samenspraak met cliënt gewijzigd. De coördinerend regiebehandelaar draagtzorg voor het afronden van de behandeling en eventuele overdracht naar een andere instelling oforganisatie.

In de evaluatiegesprekken bespreekt de coördinerend regiebehandelaar de voortgang van debehandeling in relatie tot de vooraf vastgestelde doelen en heeft hierbij aandacht voor in hoeverre decliënt tevreden is over hoe de behandeling wordt uitgevoerd, in hoeverre de behandeling aansluit bijverwachtingen en wensen, en hoe tevreden de cliënt is over de effecten van de behandeling.

Na afronding van de behandeling wordt de cliënt per email benaderd door ZorgFocuz met het verzoekom mee te doen aan het cliënttevredenheidsonderzoek van Forte GGZ. Hiervoor gebruiken we eenvragenlijst: de Consumer Quality Index (CQI)'. Wij vinden de mening en feedback van cliëntenbelangrijk. De uitkomsten van het cliënttevredenheidsonderzoek worden besproken met debehandelteams en de cliëntenraad. Mede op basis hiervan werken wij aan het continu verbeteren vanonze kwaliteit van zorg en dienstverlening.

In de behandelplanbespreking maken indicerend regiebehandelaar en cliënt (eventueel met naasten)samen het behandelplan. In het behandelplan wordt vastgelegd wat de probleemstelling/diagnose is,wat de doelen zijn waaraan gewerkt gaat worden, hoe de behandeling er precies uit ziet (welkemodules of deelbehandelingen), welke professionals zijn betrokken en wanneer de behandelinggeëvalueerd wordt. Evaluatie van de behandeling wordt gedaan door de cliënt en de coördinerendregiebehandelaar en/of medebehandelaren. In de evaluatie wordt besproken in hoeverre debehandeldoelen zijn behaald of dat bijstelling van het behandelplan nodig is. De voortgang van debehandeling wordt eveneens besproken in het multidisciplinair team. Op de achtergrond blijft deindicerend regiebehandelaar betrokken en wordt geconsulteerd bij onvoldoende effect van debehandeling, bij problemen in de behandeling of bij een verandering van het behandelplan.

Tijdens de behandeling wordt op afgesproken momenten geëvalueerd. Bij de evaluatie is in iedergeval de coördinerend regiebehandelaar aanwezig en bij voorkeur ook de medebehandelaren. Hierinkan in overleg met de cliënt gekozen worden voor een andere samenstelling. Ook naasten van decliënt zijn welkom bij de evaluaties. De evaluatieverslagen worden vastgelegd in het behandelplan enzijn de basis voor de verdere behandelplanning.Regelmatig in het behandeltraject wordt cliënt gevraagd een vragenlijst in te vullen (Routine OutcomeMonitoring - ROM). Er kunnen aanvullend, afhankelijk van de problematiek, ook andere klachtgerichtevragenlijsten worden gebruikt. De resultaten worden tijdens het evaluatiegesprek besproken. Dekeuze om op- of af te schalen in de zorg is een vast onderdeel van de periodieke behandelevaluatie.Wanneer blijkt dat er onvoldoende voortgang is in de behandeling wordt dit besproken met deindicerend regiebehandelaar en kan de behandeling worden bijgesteld, overgedragen of beëindigd.Indien de behandeling wordt bijgesteld, wordt ook het integraal behandelplan door de indicerendregiebehandelaar in samenspraak met cliënt gewijzigd. De coördinerend regiebehandelaar draagtzorg voor het afronden van de behandeling en eventuele overdracht naar een andere instelling oforganisatie.